Binnenkort is een vervolg te verwachten in het wetgevende proces rondom het voorstel voor de Wet transparantie maatschappelijke organisaties (Wtmo). Staatssecretaris Wiersma deelde op 22 november 2021 in een wetgevingsoverleg het volgende mee:
Er wordt nu gewerkt aan een nader rapport. De Kamer heeft eind 2020 bij de wet verslag uitgebracht. De beantwoording van het verslag van de Kamer is in voorbereiding. Om de Kamer in staat te stellen om de Wtmo en de nota van wijziging in gezamenlijkheid te beoordelen, zal de nota van beantwoording van het verslag van de Kamer tezamen met de nota van wijziging en het bijbehorende rapport worden aangeboden aan de Kamer. Dus u kunt dat dan in samenhang bekijken.
Not-for-profit organisaties doen er goed aan de ontwikkelingen nauwgezet te volgen, aangezien het voorstel de nodige extra bureaucratische lasten zal opleveren, ook voor organisaties die niet ‘verdacht’ zijn.
Verder is belangrijk dat kritisch wordt gekeken naar de nieuwe bevoegdheden die men aan de burgemeester en aan het Openbaar Ministerie wil toekennen.
Kritiek Afdeling advisering van de Raad van State
Destijds was de Afdeling advisering van de Raad van State zeer kritisch over het oorspronkelijke voorstel. Weliswaar kan financiering vanuit het buitenland ongewenst zijn, maar de Afdeling schreef (markering door mij):
De Afdeling advisering benadrukt in dit verband wel dat beperkingen van rechten en vrijheden door de overheid – ook wanneer dit gebeurt met het oog op het beschermen van de democratische rechtsstaat – nauwkeurig moeten worden afgewogen. De maatregelen moeten niet zelf de rechtsstaat ondermijnen.
De Afdeling plaatste onder meer vraagtekens bij de noodzaak voor maatregelen die betrekking hebben op alle maatschappelijke organisaties:
Daarbij is van belang dat beide voorstellen betrekking hebben op maatschappelijke organisaties in algemene zin. Het gaat om zo’n 357.000 instellingen. Terwijl niet is uitgelegd in hoeverre bij al die maatschappelijke organisaties sprake kan zijn van een werkelijke, actuele en voldoende ernstige bedreiging van de democratische rechtsstaat. (…) Aannemelijk is echter dat het risico slechts bij een zeer beperkt aantal organisaties ligt.
Voorts stelt de Afdeling de vraag waarom het huidige juridische instrumentarium niet zou voldoen.
Tot slot
Het zal me benieuwen hoe de Afdeling advisering van de Raad van State over het gewijzigde voorstel zal oordelen.
Meer informatie:
- Verslag van een wetgevingsoverleg op 22 november 2021, vastgesteld 6 december 2021.
- Wetgevingsdossier: overheid.nl, Eerste Kamer.
- Advies van de Afdeling advisering van de Raad van State van 28 augustus 2020: samenvatting.
- Het voorstel is in november 2020 ingediend (lees dit blog), waarna in juni 2021 een consultatie is gehouden over ingrijpende wijziging van het voorstel (artikelen 1 en 2). Op een en ander is nog steeds kritiek, onder meer van ECNL.