Kitty Lieverse schreef voor het tijdschrift Ondernemingsrecht een artikel over de witwasbestrijding onder de beeldende titel ‘Anti-witwaswetgeving: een natte dweil over het recht‘, voor Kluwer abonnees hier te vinden.
Ze constateert in het artikel dat de regelgeving grote impact heeft en ook ongewenste consequenties heeft zoals discriminatie en uitsluiting door banken (andere Wwft-plichtigen gaan vast volgen). Lieverse signaleert de risico’s in de sfeer van databescherming en privacy die een gevolg zijn van de excessieve verzameling van gegevens op grond van de witwasbestrijdingsregels en over het ubo-register merkt zij op:
De crux is hier of de beperking van het recht op privacy en gegevensbescherming die voortvloeit uit de (Europese) anti-witwaswetgeving, de essentie van dat recht respecteert en, onder voorbehoud van het evenredigheidsbeginsel, niet verder gaat dan nodig om door de Unie erkende doelstellingen van algemeen belang te bereiken of de rechten en vrijheden van anderen te beschermen
Ze eindigt met de constatering dat de regels niet meer weg gaan, zich steeds verder uitbreiden, waarbij we binnenkort de nieuwe Europese toezichthouder kunnen verwachten. Of we daar blij mee moeten zijn is de vraag.
De titel van het artikel spreekt me aan: een natte dweil is volgens het ANW woordenboek een vis die zich zonder veel weerstand te bieden laat vangen (zie onder meer hier). De natte dweil van de witwasbestrijding ondergraaft grondrechten en beschadigt burgers en kritiek wordt niet geaccepteerd. Ik hoop dat de wettenmakers een keer wakker worden.
De vraag is niet alleen of we hier blij mee moeten zijn (blij, hooguit hebben we er geen last van). Maar ook of het enig doel dient. Een overheid die zo graag alles onder controle heeft is eng. Niemand weet wanneer ze met de gevolgen worden opgescheept. Straks komt er een verplichting om de buren in de gaten te houden. Omdat dat onze plicht is als goed burger zijnde. Kunnen we dat uitsluiten?