Al eerder heb ik me afgevraagd of de Nederlandse (en Europese) wetgever hun regels maken voor wondermensen (onder meer in de witwasbestrijding is dat aan de orde).
Ik ben niet de enige die zich dat afvraagt, Nico Verheij schrijft in zijn artikel voor NTBR over twee preadviezen van Damen en Kortmann ten behoeve van VAR-Vereniging voor bestuursrecht over de juridische werkelijkheid dat ook de overheid niet uit wondermensen bestaat:
Idealiter zouden wij een bestuur hebben dat alle nuances van het bestuursrecht perfect beheerst. Maar dat bestuur zal er niet komen. Wij zullen nooit een bestuur van alleswetende topjuristen krijgen. Zelfs het bestuur dat al Damen’s aanbevelingen opvolgt zal fouten blijven maken. De voor bestuursrechtjuristen interessante vraag is welke gevolgen wij aan die fouten moeten verbinden. Juist daar zegt Damen helaas weinig over.
Hij signaleert de communicatieve problemen tussen overheid en burger en schrijft onder meer:
Een van de redenen waarom wetten – zelfs goed geschreven wetten – voor veel burgers moeilijk leesbaar zijn, is dat de taal van de wet veel nauwkeuriger moet zijn dan in het dagelijks spraakgebruik nodig en gebruikelijk is.
en besluit met:
Maar wat betekent een gebrek aan zelfredzaamheid voor de toepassing van het vertrouwensbeginsel? (…) Ik wacht het antwoord van Damen ter vergadering met spanning af.
Meer informatie:
- Nico Verheij, artikel Is het bestuursrecht te vertrouwen? Bespreking VAR-preadviezen “Het vertrouwensdilemma” en “Is de burger triple A: alert, argwanend, assertief of raakt hij lost in translation?”, NTB april 2018.
- Bericht NTB-recensies VAR-preadviezen 2018, VAR mei 2018.
- De besproken preadviezen: C.J.N. Kortmann “Het vertrouwensdilemma”; L.J.A. Damen “Is de burger triple A: alert, argwanend, assertief of raakt hij lost in translation?”, op dit moment alleen nog in papieren vorm beschikbaar.
- Eerder bericht op dit blog met aankondiging van de vergadering van VAR-Vereniging voor bestuursrecht over “vertrouwen in de overheid“.