Uit een artikel op het NJBlog onder de titel “Naming met of zonder shaming?” naar aanleiding van een scriptie van Myrte Dujardin over het toezicht in de gezondheidszorg, kan worden opgemaakt dat de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) zich schuldig maakt aan het illegaal opleggen van de naming & shaming sanctie aan zorgaanbieders. De IGZ blijkt daar een bijzonder vreemde grondslag voor te hanteren, nl. artikel 8 juncto 10 van de Wet openbaarheid van bestuur (Wob). Ik ben dan ook niet verrast door de conclusie dat die bepaling daar niet voor behoort te worden gebruikt.
De scriptie illustreert dat meer aandacht dient te worden gegeven aan de wettelijke grondslag voor bestuursrechtelijke sancties. Het is best te begrijpen dat de Inspectie voor de Gezondheidszorg bekend wenst te maken welke zorgaanbieders onder verscherpt toezicht staan. Hier zal echter wel behoorlijke wetgeving aan ten grondslag dienen te liggen, waarbij de betrokken zorgaanbieder ook de gelegenheid dient te krijgen om vóór openbaarmaking bezwaar te maken, als hij meent dat deze sanctie ten onrechte wordt opgelegd.