De Europese Centrale Bank (ECB) heeft advies uitgebracht over een amendement op het wetsvoorstel inzake het contantenverbod (wetsvoorstel ‘Wet plan van aanpak witwassen’). In dat amendement wordt voorgesteld om een acceptatieplicht voor kleinere contante betalingen in te voeren. De ECB schrijft onder meer:
In de eerste plaats wijst de ECB erop dat het Hof van Justitie heeft vastgesteld dat de hoedanigheid van wettig betaalmiddel van eurobankbiljetten en -munten, zoals vastgelegd in respectievelijk primaire en secundaire Uniewetgeving18 , in beginsel een principiële verplichting inhoudt om die bankbiljetten en munten te aanvaarden19. (…)
In dit verband merkt de ECB op dat het Hof van Justitie heeft geoordeeld dat de hoedanigheid van eurobankbiljetten als wettig betaalmiddel een principiële verplichting tot het aanvaarden van die bankbiljetten als betaalmiddel inhoudt, een geen absolute verplichting tot aanvaarding20. (…)
Dit houdt ook in dat de lidstaten bij de uitoefening van hun bevoegdheden strengere regels kunnen invoeren die de verplichte aanvaarding van eurocontanten op hun grondgebied zal versterken, zoals bij de organisatie van hun overheidsdiensten of op het gebied van consumentenbescherming. Het Hof van Justitie heeft ook geoordeeld dat een maatregel van nationaal recht die voorziet in een verplichting tot aanvaarding van eurocontanten moet worden beoordeeld gelet op het doel en de inhoud ervan om te bepalen of die maatregel is vastgesteld binnen het kader van de eigen bevoegdheden van de lidstaten (…)
18 Artikel 128, lid 1, derde zin, van het Verdrag en artikel 11 van Verordening (EG) nr. 974/98 van de Raad van 3 mei 1998 over de invoering van de euro (PB L 139 van 11.5.1998, blz. 1).
19 Zie het arrest van het Hof van Justitie van 26 januari 2021, Hessischer Rundfunk, gevoegde zaken C-422/19 en C423/19, ECLI:EU:C:2021:63, punten 49 tot en met 55.
20 Zie arrest van het Hof van Justitie van 26 januari 2021, Hessischer Rundfunk, gevoegde zaken C-422/19 en C423/19, ECLI:EU:C:2021:63, punt 55.
Het lijkt er op dat het voorgestelde amendement niet met Europese regels in strijd is.
Het advies is aangeboden door de minister van Financiën, die in de kamerbrief schrijft:
Zoals ik uw Kamer in mijn vorige brief over dit onderwerp heb aangekondigd, ben ik bezig met de voorbereidingen voor een uitzonderingsbesluit, zodat de voorgestelde acceptatieplicht zo snel mogelijk in werking kan treden nadat de Eerste Kamer het wetsvoorstel aanneemt.

