Een door de Geschillencommissie Financiële Dienstverlening van het Kifid (hierna ‘Kifid’) behandelde zaak ging over een persoon die sinds 2017 onder bewind staat en analfabeet is (‘de consument’) en die door de Rabobank op de zwarte lijst is gezet.
ING Bank
De consument had een betaalrekening bij ING Bank. In 2021 heeft ING Bank hem op de interne en externe zwarte lijsten (interne en externe verwijzingsregisters, waaronder het Extern Verwijzingsregister, ‘EVR’) geplaatst voor acht jaar, omdat hij als geldezel betrokken zou zijn bij fraude.
Hoe iemand die onder bewind staat als geldezel kan functioneren wordt uit de Kifid-uitspraak niet duidelijk.
Rabobank
Vervolgens heeft de Rabobank de consument op eigen zwarte lijsten geplaatst (het Incidentenregister en het Intern Verwijzingsregister, ‘IVR’), vanwege de affaire met de ING-rekening.
In de procedure bij het Kifid maakt de consument hier bezwaar tegen.
Kifid stelt vast dat de consument geen bancaire relatie heeft met de Rabobank en dat deze bank door de EVR-registratie al wordt geïnformeerd als de consument een nieuw bancair product aanvraagt/dienst afneemt. Kifid is van mening dat de Rabobank onvoldoende feiten heeft aangedragen om een registratie in eigen zwarte lijsten te rechtvaardigen.
Deze bank krijgt wel een laatste kans van Kifid:
3.10 De commissie stelt de bank daarom in de gelegenheid nader te motiveren waarom zij van mening is dat de EVR-registratie, die door ING Bank is gedaan, niet toereikeind is om tevens het belang van de bank te beschermen en het dus noodzakelijk is om de persoonsgegevens ook op te nemen in het IVR.
3.11 De commissie verzoekt de bank dan ook nader te motiveren:
1. voor welke gedraging(en) de registratie(s) geld(t)(en) en hoe u de gebeurtenis in de Gebeurtenissenadministratie omschreven heeft?
2. met welk doel de bank de persoonsgegevens van de consument heeft geregistreerd?
3. welk belang zij met de registraties wenst te behartigen (welke waarde hebben de registraties voor de bank)?
4. waarom de registraties zelf proportioneel en subsidiair zijn.
5. waarom zij de duur van de interne registraties niet laat aansluiten op de duur van de externe registraties van ING bank?
6. waarom een registratieduur van acht jaar proportioneel en subsidiair is?
Het is mij niet duidelijk waarom Kifid geen korte metten heeft gemaakt met het optreden van de Rabobank. De vragen die nu gesteld worden hadden toch al tijdens de zitting gesteld kunnen worden?
Meer informatie: de tussenuitspraak van 24 april 2023, nr. 2023-0318A.

