De Algemene Rekenkamer maakt in de aandachtspunten bij de begroting van het ministerie van veiligheid melding van de bevoegdheden die de Rekenkamer zal verkrijgen na omvorming van de Autoriteit Persoonsgegevens tot publiekrechtelijk zelfstandig bestuursorgaan met eigen rechtspersoonlijkheid. Voorts tikt de Rekenkamer het ministerie op de vingers omdat geen overleg door het ministerie is gevoerd.
Wijziging Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG)
Tijdens de parlementaire behandeling van het wetsvoorstel Uitvoeringswet AVG is – door middel van een nota van wijziging – in het wetsvoorstel opgenomen dat de Autoriteit Persoonsgegevens rechtspersoonlijkheid bezit. Wij maken u erop attent dat op grond van artikel 7.40 Comptabiliteitswet 2016 (CW 2016) over deze wetswijziging overleg met de Algemene Rekenkamer gevoerd had moeten worden. Door het toekennen van rechtspersoonlijkheid aan de Autoriteit Persoonsgegevens kan de organisatie worden aangemerkt als ‘rechtspersoon met een wettelijke taak’ in de zin van de CW 2016. Daarmee heeft het wetsvoorstel gevolgen voor de taak en bevoegdheden van de Algemene Rekenkamer. Ook verandert de verhouding tussen de minister en de Autoriteit. Wij hechten eraan dat u in de toekomst wetsvoorstellen die gevolgen kunnen hebben voor de taken of bevoegdheden van de Algemene Rekenkamer tijdig aan ons voorlegt. Wij kunnen dan vooraf vaststellen hoe onze onderzoeksbevoegdheden in de nieuwe situatie zijn geregeld en eventuele aandachtspunten meegeven bij de voorgestelde structuur van controle, verantwoording en toezicht.
Het artikel dat ziet op de eigen rechtspersoonlijkheid van de Autoriteit Persoonsgegevens is op dit moment nog niet in werking getreden. Voor de volledigheid stellen we vast dat de Algemene Rekenkamer na omvorming van de Autoriteit Persoonsgegevens tot publiekrechtelijk zelfstandig bestuursorgaan met eigen rechtspersoonlijkheid – op grond van artikel 7.24. onder b CW 2016 – bevoegd is bij de Autoriteit Persoonsgegevens ter plaatse onderzoek te doen.

