Steeds vaker worden hoge boetes uitgedeeld door de overheid (en niet door de rechter), juristen noemen dat “bestuursrechtelijke boetes“. Voor zulke boetes is het niet altijd nodig dat de overtreder zich van de overtreding bewust is. Veel wetgeving bevat vage normen, waarbij de vraag rijst of de burger kan weten welke uitleg de overheid aan die norm geeft. Er spelen bij bestuursrechtelijke boetes daarom twee onderwerpen:

• heeft een boete een wettelijke grondslag;
• kon de ‘overtreder’ in zijn gedrag wel rekening houden met de verwachtingen die de overheid van hem heeft.

Dit soort vragen komen aan bod in het kader van wat vaak het “legaliteitsbeginsel” of “lex certa” wordt genoemd. Over dat onderwerp schreef Jaap Baar een juridische scriptie, die ook op Bijzonder Strafrecht is aangekondigd.

—

Eerdere artikelen op dit weblog over de bestuurlijke boete zijn onder meer:

• Ondernemer wordt geacht de wet te kennen… (geldboete op grond van de Wwft)
• Als ondernemer behoor je de wet te kennen, ook al is de wet onduidelijk (beleggingsobjecten in de Wft)