Op 29 juni 2021 beantwoordde de minister van financiën vragen van leden van de Tweede Kamer over het ubo-register, waarin onder meer de positie van statutair bestuurders van ANBI’s en kerkgenootschappen aan de orde komt.
Volgens de minister kan het ubo-register niet ‘gescraped’ worden:
Het koppelen van gegevens uit verschillende bronnen kan inderdaad leiden tot ongewenste inbreuk op de privacy van bestuurders. Daarom zijn maatregelen genomen tegen het zogenaamde ‘scrapen’ van het UBO-register. Hiermee wordt tegengegaan dat partijen op grote schaal de in het UBO-register opgenomen openbare gegevens met andere gegevens kunnen koppelen. Daarbij is relevant dat in het openbare deel van het register niet op persoonsgegevens kan worden gezocht, en de gegevens slechts bij één-op-één bevraging worden verstrekt. Voorts is relevant dat gegevens slechts worden verstrekt na registratie door de raadpleger en in bepaalde gevallen de persoonsgegevens op verzoek kunnen worden afgeschermd. Voor wat betreft de openbaarmaking van gegevens van bestuurders en de koppeling met het handelsregister geldt dat, voor zover bestuurders door de opgave-plichtige juridische entiteit als UBO(‘s) worden geregistreerd, deze doorgaans reeds als functionaris zullen staan in het handelsregister, wat eveneens openbaar is.
Zoals ik al eerder schreef, is afscherming wegens bedreiging en dergelijke vrijwel onmogelijk. Dus het is onbegrijpelijk dat de minister dit als ‘gewone’ mogelijkheid noemt.