Op 28 november jl. heeft de Referendumcommissie bekend gemaakt dat er 2 miljoen euro subsidie beschikbaar is voor activiteiten die het publieke debat over de Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 2017 (ook wel ‘sleepwet’ of ‘sleepnetwet’) stimuleren.
Hoewel ik een goede discussie over de sleepwet nuttig vind, lees bijvoorbeeld het bericht van het Rathenau Instituut, blijf ik van mening dat het raadgevend referendum, met zijn referendabiliteitsbesluiten en referendumbureaucratie een onding is.
Meer informatie:
-
- Site Referendumcommissie
- Bericht Referendumcommissie over de subsidieregeling, 28 november 2017
- Rathenau Instituut: Het ‘sleepnetreferendum’: voor privacy en veiligheid, 7 november 2017
- Eigen bericht “De surveillance maatschappij komt er aan“, 21 juli 2017
Aanvulling 21 december 2017
Op 20 december 2017 werd bekend gemaakt dat het voorstel voor de Intrekkingswet raadgevend referendum naar de tweede kamer is gezonden.
“Het raadgevend referendum is enige jaren geleden geïntroduceerd als opmaat naar een correctief bindend referendum. De politieke steun voor het correctief bindend referendum is sindsdien afgebrokkeld en is daarmee als beoogd einddoel voorlopig uit zicht. Het nationaal raadgevend referendum heeft als tussenstap niet gebracht wat ervan werd verwacht.” Dat staat in het regeerakkoord en is reden voor het kabinet om de Wet raadgevend referendum in te trekken. De Wet raadgevend referendum dwingt alleen tot heroverweging. De regering kan na een rechtsgeldig ‘nee’ in een referendum besluiten de raadgevende uitspraak niet of gedeeltelijk over te nemen. Minister Ollongren: “Kiezers brengen achteraf, nadat een wet is aangenomen, een adviserende stem uit. Veel kiezers verwachten tegelijkertijd dat hun stem bindend is. En het gevolg is dat het instrument niet bijdraagt aan het vertrouwen in de politiek.”

