Een verhaal uit de praktijk.
Een Rotterdamse horeca-ondernemer krijgt van de gemeente Rotterdam een boete op grond van de gemeentelijke afvalstoffenverordening (115 euro). Reden: een doos met daarop een etiket waarop zijn bedrijfsnaam is vermeld (als geadresseerde), wordt enkele straten verder in de buurt van een afvalcontainer aangetroffen.
De ondernemer maakt bezwaar tegen de aanslag. Hij wordt telefonisch gehoord door een ambtenaar van gemeentebelastingen en legt uit dat hij zijn afval altijd in de door hem gehuurde containers gooit en dat de eerder genoemde doos niet door hem enkele straten verder is gedeponeerd. Wellicht dat iemand de doos uit zijn container heeft gehengeld. Dit bezwaar wordt door de gemeente niet gehonoreerd. De ondernemer ontvangt van de gemeente een brief die waarschijnlijk veel meer dan 115 euro heeft gekost, waarin zijn bezwaar wordt afgewezen en waarin is vermeld dat hij beroep kan instellen bij de Raad van State.
Conclusie: als je naam op zwerfafval voorkomt, geldt er kennelijk een wettelijk vermoeden dat jij dat afval daar hebt gedeponeerd.
Ik begrijp best dat de overheid moet optreden tegen overtreders van regels. Ook snap ik dat men het simpel wil houden. Echter, die simpelheid moet er niet toe leiden dat je als burger een bestuurlijke boete kunt krijgen, alleen omdat je niet kunt bewijzen dat jij niet verantwoordelijk was.
Dit is een zorgelijke ontwikkeling.
NB Tip voor supermarkten die lege dozen beschikbaar stellen aan hun klanten: verwijder de adresetiketten, waarop je als supermarkt als geadresseerde staat vermeld, ter voorkoming van onterechte boetes van de gemeente.

